Nadat ik me vrij anoniem door de jeugd A en junior-categorie zwom, fiets en liep, ging het van 2011 tot 2014 crescendo als belofte. Elk jaar waren er enkele heel mooie uitslagen, evenwel afgewisseld met wedstrijden waarin ik nergens was (en bijgevolg meestal opgaf). Bovendien lagen er ook toen al constant blessures op de loer en bezorgde triatlon in combinatie met studeren mij stress, heel veel stress...
Toch zorgden die enkele knappe prestaties ervoor dat ik als een paard met oogkleppen bleef door draven op hetzelfde pad, een pad van steeds maar meer en sneller kilometers malen. Een vogelperspectief had me in die tijd kunnen leren dat dit pad alleen maar naar de afgrond leidde...
In die 'studententijd' was er voor mij namelijk absoluut geen tijd en goesting om te feesten, ik dacht alleen maar aan triatlon. Studies waren eigenlijk een noodzakelijk kwaad, iets wat ik vooral deed voor mijn ouders en misschien omdat ik met dat kinesitherapie-diploma in handen wellicht mijn schaapjes op het droge zou hebben. 5 jaar studeren, een bittere pil om daarna zoet te kunnen leven?
Ook mijn sociaal netwerk verwaterde. Door het nomadenbestaan tussen Gent en Ieper trainde ik haast altijd alleen, de uitjes met niet-sportvrienden werden aanzien als stoorzenders op weg naar de top, tijd om een vriendin te zoeken was er niet (gesteld dat ik al zou geweten hebben hoe je een vrouw het hof maakt) en wanneer ik al eens samenwerkte met een coach, luisterde ik niet naar diens raad... Bovendien leefde ik op constante voet van conflict met mijn ouders (Want zij begrepen niet dat ik alleen maar aan triatlon kon denken, wou ik een goeie triatleet zijn. Toch? Ja, het was hun fout, want zij hadden nooit aan sport gedaan. Anders zouden ze me wel begrijpen...)
Enfin, uit de ontevredenheid over mijn bestaan groeide een verlangen om de ontsnappen eruit: ik ging reizen, vér reizen. Eerst nog in groep, maar omdat die groep me beperkte om op 'reis' te 'trainen', schakelde ik al gauw over op solo-reizen. Ik verliet in 2015 ook de Izegemse Triatlon Club, want dat werd me te duur... en zo isoleerde ik me meer en meer. In de sport (gelukkig was er nog de alwijs ontvankelijke Carl Salomez), op school (gelukkig was daar nog my buddie Yasmine Dammak) en thuis (gelukkig was mijn allerliefste mama ter wereld àltijd bereid te luisteren). Niet geheel toevallig was er dat jaar 2015 slechts 1 sportief lichtpuntje: de derde plaats in de Nisraman.
Seizoen 2016 brak aan. Dit zou mijn seizoen worden. Ik had héle grote dromen, té groot. Maar het zorgde wel voor een enorme motivatie. Ik voegde me terug bij EFC-ITC en beleefde mijn beste winter ooit, vooral omdat ik in Gent ging wonen en zo niet meer 5x/week twee-en-een-fucking-halfuur op de trein moest doorbrengen. Zo kwam het dat ik zelfs spijt had, toen ik in maart naar Nepal ging (moest) om mijn stage kinesitherapie af te werken.
Toch amuseerde ik mij daar in Kathmandu. De mensen waren supervriendelijk, de stage best wel chill, het eten overheerlijk, ik kon fietsen op de spinningfiets van de praktijk en vond er zelfs een 25m-bad dat ik meestal voor mij alleen had. Alleen lopen bleek ik de hyperdrukke hoofdstad onbegonnen zaak. Ik maakte daar aan de andere kant van de wereld een besluit: mijn leven zou ik in het teken van triatlon gaan zetten én het zou in de regio Izegem gebeuren. Eerste stap: afspraak met Bart van Pulso. De boodschap: haal nog 3-5 jaar het beste uit mij, daarna wil ik van het leven genieten zonder prestatiedruk. Reizen enzo. Die opmerking luidde eigenlijk al een alarmbel...
Het liep even anders dan gepland. Mijn loopstop in Kathmandu wreekte zich, al was er waarschijnlijk nog een andere grote oorzakelijke factor in het ontstaan van mijn blessure, maar daar had ik toen nog geen idee van. Na 1,5 maand trainen onder Bart werd lopersknie mijn deel. Na een heel lange lijdensweg vol kinesitherapie werd chirurgie eind dat jaar mijn deel, voor de rest was 2016 een sportieve nul-operatie.
Toch was het het begin van een ommekeer. Want wanneer die enkele glansprestaties per jaar, die enkele keren dat je je 'king of the world' voelt, ontbreken, wat heb je er dan nog aan dat je de rest van je leven met tegenzin uitvoert? Dat je je eenzaam voelt, gestrest, ja het woord was gepast: ONgelukkig?
Ik was dom geweest. Dat vogelperspectief, eindelijk kwam het er. Met dank aan Justine. Ink it, don't think it. Ik schreef zoveel op tijdens de sessies bij haar... over mijn jeugd, mijn omgeving, mijn toekomst, mijn gedachten tijdens de training, mijn sportieve doelen, mijn atletische sterktes en zwaktes... Ik had het plots door: als je als mens niet in harmonie bent, dan kan je als atleet ook niet goed functioneren. Ik moest ook doelen hebben naast de sport, en vooral een leven opbouwen volgens mijn waarden, normen en interesses. Authentiek leven, nu en niet over 3 tot 5 jaar, zogezegd na de triatlon-levensfase...
Vol enthousiasme gooide ik me in de zomer van 2016 dan ook in mijn nieuwe job als kinesist in het ziekenhuis van Izegem. Ik ontwikkelde onderzoeksformulieren, revalidatieprotocollen en bijna voor elke patiënt een persoonlijk oefenschema. Blijkbaar was ik té enthousiast voor de collega's. Arrogant, zo interpreteerden zij het. Ik had inderdaad mijn ongenoegen geuit over behandelingen die de mensen niet helpen, én zeker wanneer ze als voornaamste doel hadden: geld opbrengen. Mijn diensthoofd zei het me rechtuit: "Soms moet je ook eens economisch denken, Glenn." Mijn diensthoofd, hij had een hart van goud. Al mijn collega's trouwens. Maar ze waren slaaf van het systeem. Waarom risico's nemen, energie steken in veranderingen als er op het einde van de maand toch dezelfde pay-check volgt? Ik wou geen slaaf zijn. We spreken eind oktober, op een ochtend dronk ik een Yogi-thee. Typisch zijn de filosofische tekstjes hangend aan het theebuiltje. : "Say it simple and with a smile". Die dag diende ik mijn ontslag in. Twee dagen later ging ik onder het mes. Het ziekenhuis betaalde me door tijdens mijn werkonbekwaamheid. Inderdaad, soms moet je eens economisch denken.
Maar goed. Daar zat ik als een hoopje ellende. Ik was teleurgesteld in de job waarvoor ik 5 jaar had geleden en ik kon niet meer doen dan enkele meters stappen met krukken. Ik had gedacht dat het leven na mijn diploma-uitreiking écht zou beginnen. Het zoete leven, weet je wel... Maar de West-Vlaamse uitdrukking bleek terecht: 't leevn i gin crèmekarre.*
Toch had ik net die donkere periode nodig om het licht te zien. Veroordeeld tot het passief leven met de vers geopereerde knie, had ik alle tijd om me bezig te houden met de hond van mijn huisgenoot, Caya. Ik genoot zó intens van de eenvoud van het spelen. Ik herontdekte het kind in mezelf (of misschien wel de papa). Ook had ik nu meer tijd om me bezig te gaan houden met duurzame initiatieven in Kortrijk (waar ik inmiddels woonde). Ik ontdekte 'the world book of happiness' tijdens de Oxfam wereldbeurs, en de Heerlijkheid van Heule tijdens de nabespreken van een film over voedselverspilling. Had ik bij Justine niet besloten om mijn dromen na te jagen, authentiek te leven? A dream without a plan is just a wish, nog zo'n wijsheid die ze me meegaf. Wel, 2 levensplannen bracht ik kort daarna ter uitvoering: meewerken in de zorgboerderij in Heule (als vrijwilliger) én een fietsreis van enkele maanden lang.
Voor dat tweede had ik echter nog wat sterkere knieën en een dikkere portefeuille nodig. Daarom ging ik in het voorjaar 2017 werken in een groepspraktijk van zelfstandig kinesitherapeuten. Nog veel meer dan in het ziekenhuis braakte ik van de geldzucht die daar in het vak geslopen was, en moest al mijn kalmte bewaren wanneer de vrouw (nota bene) van de eigenaar me berispte over het te vroeg afsluiten van behandelsessies bij genezen patiënten (omdat er dan geen 18x 22 euro aangerekend kon worden).
Sinds ik in Kortrijk was gaan wonen en mijn vrije tijdsleven terug op de rails kreeg, was de relatie met mijn ouders terug helemaal in orde gekomen. Ik huilde dan ook tranen met tuiten toen ik ze eind maart uitzwaaide in Zaventem. Ondanks enkele heimwee-huilbuiltjes, verdwenen de tranen in Marokko echter als sneeuw voor de zon, en maakten plaats voor een grote glimlach tijdens mijn eerste fietsreisdagen. Ik genoot zo hard van de vrijheid, het avontuur en mijn nieuwe levenswijze: cycle, eat, sleep, enjoy nature in between and sleep. Maar toch had ik niet het gevoel dat dit 'het antwoord' was. Ik miste vaste relaties, een waardevol levensdoel, een hond én ook: competitie. Sporten alleen maar voor de gezondheid en het plezier, blijkbaar was dat toch niet hoe ik in mekaar zat...
Halfweg mei dreef ik dan ook opnieuw de loopkilometers op en dook op mijn verjaardag voor het eerst in 7 weken in een zwembad. In Slovenië vond ik het echte training-walhala en legde er dan ook deftig de pees op. Helaas blijkbaar opnieuw iets te deftig... Alweer een peesontsteking in de knie!
Toch was mijn coping-gedrag nu anders. Sneller de alarmsignalen van mijn lichaam respecteren, meteen volledig stoppen met lopen, geen depressieve gedachten maar wel nieuwe doelen stellen voor al die andere disciplines van triatlon: zwemmen, core stability, lenigheid, voeding, werktevredenheid, familie, vrienden, liefde, materiaal, alternatieve sporten...
En ondanks het feit dat ik sinds mijn thuiskomst al 5 weken niet kan lopen en moet voorzichtig zijn met fietsen, heb ik me zo nog geen seconde verveeld. Eén ding wat je namelijk moet weten voor je ooit beslist om maandenlang te reizen: bij terugkomst wacht een eindeloze to do-lijst. Daarnaast kreeg ik het ook enorm druk met de discipline 'een leuke job zoeken' en de discipline 'voeding'.
Wat het eerste betreft, had ik me in april al veiliggesteld van een vervanging voor 2 maanden in het wijkgezondheidscentrum Brugse Poort. En ik moet zeggen, ik vind hier de liefde voor het vak kinesitherapie terug. De reden: hier is geen stress, een enorm goeie werksfeer en geen geldjacht (dat is nu net het principe van een WGC). Toch is het patiëntenbestand niet helemaal mijn ding en verdien ik er eigenlijk ook niet zo goed mijn boterham (ik begin dan toch eindelijk eens economisch te denken) en loopt mijn vervangingscontract natuurlijk af eind augustus. Alles bij mekaar doet het me dromen over een eigen praktijk, nu alleen nog het plannen...
En dan, de discipline voeding. De laatste jaren kreeg ik meer en meer last van pijnlijke darmen. Vooral na het zwemmen kreeg ik een harde, ronde, krampende buik. In het begin soms, daarna meestal, en sinds en jaar ofzo eigenlijk ná elke training. Ook bijna elke avond had ik wel een ongemakkelijk gevoel in de buik. Zolang ik het echter voor de buitenwereld kon maskeren, negeerde ik het feit dat ik een probleem had, ook al had ik dan in mijn eigen masterproef al wel de diagnose Prikkelbare Darm Syndroom op mezelf gekleefd. Ik had tenslotte bij bodyscans een perfecte botdensometrie en een vetpercentage van ca. 6%, bovendien dacht ik het perfecte atletendieet te volgen met als belangrijkste peilers koolhydraten en eiwitten, en zo weinig mogelijk vet.
Maar vlak na mijn terugkomst uit Slovenië kreeg ik enorme last tíjdens een zwemtraining. Ik moest de training staken, vervolgens een halfuur op mijn rug liggen wrijvend over mijn buik. Daarna bleef ik bij op familiebezoek bij mijn oom nog 2 uur in een bolletje op de zetel liggen, omdat elke andere houding zo veel pijn deed. Ik kon er niet meer omheen, ik had een probleem!
Daags na die gebeurtenis, kwam de hand van God (al gebruikte Die daarvoor wel de hand van mijn vader) echter tussen, door de radio in mijn kamer op een andere post** te zetten, een post die anders NOOIT door mij beluisterd wordt, namelijk Radio 2. Zo gebeurde het dat ik een interview met Anntje Peeters over de aanpak van haar Prikkelbare Darm Syndroom hoorde. Ik merkte meteen dat die vrouw wist waarover ze sprak. In twee minuten op de radio leerde ze me meer dan in 5 jaar faculteit gezondheidswetenschapppen, inclusief het nauwgezet doorzoeken van alle wetenschappelijke literatuur over Prikkelbare Darm Syndroom. En Hallelujah: ze had er zelfs een boek over geschreven!!!
Intussen heb ik nog niet 1/3 van haar tips uitgeprobeerd (ik zei het je: er kruipt véél tijd in om te ontdekken en te bereiden), maar ik voel me nu al stukken beter. De koolhydraten en eiwitten waarop ik mijn sportdieet baseerde, deden blijkbaar meer kwaad dan goed, vooral dan de vorm waarin ik ze innam. Dit samen met overdadig koffiegebruik en het totaal gebrek aan verse kruiden, bittere smaken en gefermenteerde producten is een toverformule voor het ontstaan van een darm die opzet, pijn doet én veel minder voedingsstoffen opneemt. En dat zou op zijn beurt wel eens een veel grotere rol in mijn blessuregevoeligheid kunnen gespeeld hebben dan ooit gedacht....
Duuussssss:
Chance da 't leevn gi crèmekarre i, 't zoe ier nog e bitje stienkn!***
Kortom, zijn de laatste 2 jaar verloren jaren geweest? Ik denk het niet, het zijn gewonnen jaren! Want nu weet ik dat ik triatlon niet nog 3 à 5 jaar wil doen, maar zo lang mogelijk! Het is echt mijn sport... maar net als in de kinesitherapie kan ik me niet vinden in alle zaken van 'het systeem' en wordt het ook eens tijd om een plan uit te werken voor de wedstrijden waar ik van droom. Ik weet nu ook dat de échte fundamenten voor dat plan niet 'meer kilometers' zijn, maar wel:
- Een gezonde, natuurlijke voeding
- Een sterke vrouw, schitterende vrienden en een geweldige familie (1 is in progress, 2 en 3 heb ik gelukkig al!)
- Een job die voldoening geeft en financiële ruimte
- Trainingsmakkers
- Avontuur in de natuur
- Afwisseling met alternatieve sporten
- Een hond, of wat had je gedacht?
(*het leven is geen ijskar, d.w.z. het is niet allemaal rozegeur en maneschijn, d.w.z. je krijgt het niet allemaal in de schoot geworpen)
(**post = West-Vlaams voor zender)
(*** hopend hierbij toch misschien ooit eens 'citaat van de week' op 3athlon.be te halen)