AM: de Rest-Q die ik op 26 juli invulde bij sportpsychologe Justine Loosveldt (Psy4Sport) liet er geen twijfel over bestaan: er moest iets veranderen aan de manier waarop ik met mijn sport omga. Het is namelijk de bedoeling om steeds in de groene vakjes terecht te komen. Mis poes, dus.
Een psycholoog is iets voor gekken en depressieven, toch? Oké, ik geef toe: gek ben ik. Depressief, dat woord is veel te zwaar. Maar toch: door de blessure die in juni ontstond zag ik al mijn plannen in het water vallen en mijn zelfbeeld volgde beetje bij beetje. Want nu de zware last van de studies van mijn schouders viel en mijn vrienden met hun huisje, tuintje, kindjes starten was het dé moment om qua triatlon een versnelling hoger te schakelen en te kijken waar mijn grenzen liggen. Quasi al mijn tijd en geld investeren in de sport, een jaar of 2 tot 5 nog. Mis poes.
Doordat mijn ITB-frictiesyndroom maar bleef aanslepen, moesten er enkele moeilijke knopen doorgehakt worden. Breken met de coach, bijvoorbeeld. En leuke trainingen en wedstrijduitstapjes met mijn BFFL's annuleren, vooral dàt deed pijn. Maar ook op zoek gaan naar een nieuw sportief doel. Eéntje dat me aansprak en wat alleen voor mezelf een uitdaging was, zonder me te moeten vergelijken met tegenstanders. Maar toch realistisch, want het kanaal mee overzwemmen met Reinout vergde toch nog wat meer voorbereiding. Een toevallig op gang gekomen gesprek in het zwembad bood me een nieuw perspectief: 10km vaartzwemmen in Oostkerke op 20 augustus.
Ik werd dus zwemmer. Trainingen van 4 km werden lachertjes. Een week voor de 20e wou ik al eens testen op een 'zwemwedstrijd voor triatleten'. Daags voor het BK kwarttriatlon en 4 dagen voor de Olympische spelen, stonden de Marten Van Riels en Pieter Heemerycks van ons land uiteraard niet aan de start in deze kleinschalige organisatie. Desalniettemin spurtte ik me tegen 17 concurrenten naar de zege in een niet onaardige tijd van 27:40 voor 2 km. De organisatie toonde zich ook na de wedstrijd niet al te groots door nog steeds geen uitslag online te zetten, noch mijn mails te beantwoorden, helaas. Mij gaf het vooral voldoening dat ik in deze wedstrijd eigenlijk niet fysiek de sterkste was, maar door een goeie tactiek en geloof in de overwinning deze toch kon binnenhalen. Een overwinning van het hoofd dus. Goed zo, poes.
Op 20 augustus was het dus zover. 10km, ik was er helemaal klaar voor. Hier stond tot mijn verbazing wel Pieter Heemeryck aan de start en hij zou de wedstrijd ook winnen. Maar dat maakte voor mij niet uit, ik wou gewoon finishen en als het even kon in minder dan 3 uur. De enige vraag die nog restte was: to wetsuit or not to wetsuit? In tegenstelling tot de meeste triatleten, zwem ik veel liever zonder. Hoewel het water slechts 20 graden was, overtuigden de zon en de blote billen en buiken van enkele andere deelnemers me om het neopreen goedje aan de kant te laten. Mis poes.
Na 3km verliet ik echter klappertandend het water en 45' later stond ik nog steeds te shaken. Ik was kwaad op mezelf maar Justine had me een truckje geleerd om met zelfkritiek om te gaan. Een paar uur later was de ontgoocheling doorgespoeld, was ik overtuigd dat ik een mooie man ben en dat ik de volgende dag in het zwembad gewoon 400 baantjes zou trekken. Dat deed ik in een tijd van 2u38. Mission accomplished. Goed zo, poes.
Na deze 10km stond terug pijnvrij kunnen sporten als prioriteit in mijn to do-list. Stoppen met zwemmen dus, want 400 keerpunten nemen daar hadden mijn knieën ook geen deugd van. Wel werken aan secundaire preventie: stretching, glutei training, evenwicht en de belasting progressief opbouwen. Ik heb er inmiddels mijn eerste start-to-run training opzitten en op 18 december staat nu al een groot doel in potlood op de agenda. Als ik het verstandig aanpak en blijf waken over een fysiek én psychosociaal evenwicht dan moet het haalbaar zijn om op die dag de Hel van Kasterlee af te werken. Met Carl als begeleider, lekkere poes.
En dat tegenslagen in het leven ook nieuwe kansen bieden, daar ben ik inmiddels ook uit. Door de vrijgekomen tijd volgde ik onlangs de Food Waste Challenge Masterclass. Een heel weekend in het teken van voedselverspilling. Wist je dat slechts 1/3 van al het geproduceerde voedsel ter wereld ook effectief in een menselijke mond terecht komt? En dat terwijl er nog steeds mensen sterven van de honger... Tot zover de educatie. Vervolgens werden we in het weekend geïnspireerd door bestaande oplossingen voor dit probleem en uitgedaagd om in kleine groepjes zelf een business plan op te stellen om dit aan te gaan. Ons groepje won zowaar de eerste prijs met ons concept Toast&Spread. De zaadjes zijn geplant, de komende maanden gaan we dit project effectief uitwerken en hopelijk begin 2017 lanceren. Wie weet kan ik er zo ook effectief mijn job van maken om de wereld toch een stukje vredelievender, eerlijker en ecologischer te maken en er zelf ook nog van te kunnen leven. Om op die manier ook het moreel dilemma oplossen dat de tijd hiervoor ontbrak omdat alle tijd naar job en sport gaat/ging.
Of ik nu minder ga sporten? Ik denk het niet, want intrinsiek is het altijd datgene geweest wat ik het liefste ter wereld doe. Maar alle bijkomstigheden (competitie, strikte trainingsschema's, financiële druk, nee moeten zeggen in mijn sociaal leven, blessures, morele dilemma's...) bedreigden stilaan de intrinsieke motivatie. Daarom had ik ook nood aan een sportpsycholoog, om alles op een rijtje te zetten en een evenwicht te vinden in het leven. Niet zo gek, toch?
Een psycholoog is iets voor gekken en depressieven, toch? Oké, ik geef toe: gek ben ik. Depressief, dat woord is veel te zwaar. Maar toch: door de blessure die in juni ontstond zag ik al mijn plannen in het water vallen en mijn zelfbeeld volgde beetje bij beetje. Want nu de zware last van de studies van mijn schouders viel en mijn vrienden met hun huisje, tuintje, kindjes starten was het dé moment om qua triatlon een versnelling hoger te schakelen en te kijken waar mijn grenzen liggen. Quasi al mijn tijd en geld investeren in de sport, een jaar of 2 tot 5 nog. Mis poes.
Doordat mijn ITB-frictiesyndroom maar bleef aanslepen, moesten er enkele moeilijke knopen doorgehakt worden. Breken met de coach, bijvoorbeeld. En leuke trainingen en wedstrijduitstapjes met mijn BFFL's annuleren, vooral dàt deed pijn. Maar ook op zoek gaan naar een nieuw sportief doel. Eéntje dat me aansprak en wat alleen voor mezelf een uitdaging was, zonder me te moeten vergelijken met tegenstanders. Maar toch realistisch, want het kanaal mee overzwemmen met Reinout vergde toch nog wat meer voorbereiding. Een toevallig op gang gekomen gesprek in het zwembad bood me een nieuw perspectief: 10km vaartzwemmen in Oostkerke op 20 augustus.
Ik werd dus zwemmer. Trainingen van 4 km werden lachertjes. Een week voor de 20e wou ik al eens testen op een 'zwemwedstrijd voor triatleten'. Daags voor het BK kwarttriatlon en 4 dagen voor de Olympische spelen, stonden de Marten Van Riels en Pieter Heemerycks van ons land uiteraard niet aan de start in deze kleinschalige organisatie. Desalniettemin spurtte ik me tegen 17 concurrenten naar de zege in een niet onaardige tijd van 27:40 voor 2 km. De organisatie toonde zich ook na de wedstrijd niet al te groots door nog steeds geen uitslag online te zetten, noch mijn mails te beantwoorden, helaas. Mij gaf het vooral voldoening dat ik in deze wedstrijd eigenlijk niet fysiek de sterkste was, maar door een goeie tactiek en geloof in de overwinning deze toch kon binnenhalen. Een overwinning van het hoofd dus. Goed zo, poes.
Op 20 augustus was het dus zover. 10km, ik was er helemaal klaar voor. Hier stond tot mijn verbazing wel Pieter Heemeryck aan de start en hij zou de wedstrijd ook winnen. Maar dat maakte voor mij niet uit, ik wou gewoon finishen en als het even kon in minder dan 3 uur. De enige vraag die nog restte was: to wetsuit or not to wetsuit? In tegenstelling tot de meeste triatleten, zwem ik veel liever zonder. Hoewel het water slechts 20 graden was, overtuigden de zon en de blote billen en buiken van enkele andere deelnemers me om het neopreen goedje aan de kant te laten. Mis poes.
Na 3km verliet ik echter klappertandend het water en 45' later stond ik nog steeds te shaken. Ik was kwaad op mezelf maar Justine had me een truckje geleerd om met zelfkritiek om te gaan. Een paar uur later was de ontgoocheling doorgespoeld, was ik overtuigd dat ik een mooie man ben en dat ik de volgende dag in het zwembad gewoon 400 baantjes zou trekken. Dat deed ik in een tijd van 2u38. Mission accomplished. Goed zo, poes.
Na deze 10km stond terug pijnvrij kunnen sporten als prioriteit in mijn to do-list. Stoppen met zwemmen dus, want 400 keerpunten nemen daar hadden mijn knieën ook geen deugd van. Wel werken aan secundaire preventie: stretching, glutei training, evenwicht en de belasting progressief opbouwen. Ik heb er inmiddels mijn eerste start-to-run training opzitten en op 18 december staat nu al een groot doel in potlood op de agenda. Als ik het verstandig aanpak en blijf waken over een fysiek én psychosociaal evenwicht dan moet het haalbaar zijn om op die dag de Hel van Kasterlee af te werken. Met Carl als begeleider, lekkere poes.
En dat tegenslagen in het leven ook nieuwe kansen bieden, daar ben ik inmiddels ook uit. Door de vrijgekomen tijd volgde ik onlangs de Food Waste Challenge Masterclass. Een heel weekend in het teken van voedselverspilling. Wist je dat slechts 1/3 van al het geproduceerde voedsel ter wereld ook effectief in een menselijke mond terecht komt? En dat terwijl er nog steeds mensen sterven van de honger... Tot zover de educatie. Vervolgens werden we in het weekend geïnspireerd door bestaande oplossingen voor dit probleem en uitgedaagd om in kleine groepjes zelf een business plan op te stellen om dit aan te gaan. Ons groepje won zowaar de eerste prijs met ons concept Toast&Spread. De zaadjes zijn geplant, de komende maanden gaan we dit project effectief uitwerken en hopelijk begin 2017 lanceren. Wie weet kan ik er zo ook effectief mijn job van maken om de wereld toch een stukje vredelievender, eerlijker en ecologischer te maken en er zelf ook nog van te kunnen leven. Om op die manier ook het moreel dilemma oplossen dat de tijd hiervoor ontbrak omdat alle tijd naar job en sport gaat/ging.
Of ik nu minder ga sporten? Ik denk het niet, want intrinsiek is het altijd datgene geweest wat ik het liefste ter wereld doe. Maar alle bijkomstigheden (competitie, strikte trainingsschema's, financiële druk, nee moeten zeggen in mijn sociaal leven, blessures, morele dilemma's...) bedreigden stilaan de intrinsieke motivatie. Daarom had ik ook nood aan een sportpsycholoog, om alles op een rijtje te zetten en een evenwicht te vinden in het leven. Niet zo gek, toch?